vrijdag 21 maart 2008

De boerenbuiten

Het merendeel van onze tijd brengen we door in grote steden (Wuhan: 8 miljoen inwoners; Shanghai: 23 miljoen inwoners) maar een enkele keer was er ook plaats in het programma voor een uitstap naar het platteland. Nu is het verkeer in de steden hier al geen lachertje maar een keer de stadswallen voorbij, wordt het pas echt een uitdaging. Geen gebrek aan brede autostrades (vier baansvakken in beide richtingen) maar door de barsten en putten in het wegdek, moet er continu in zigzag gereden worden. Je leert het ook snel af om vooraan in de bus te gaan zitten - kwestie van je ogen open te kunnen houden en je hart geen drie keer per minuut te laten stilstaan. Allemaal meegemaakt: kleine vrachtwagen die opeens rechtsomkeer maakt (en dus al spookrijdend op zijn stappen terugkeert); chauffeur die dwars over het linkerrijvak staat om via een gat in de middenberm naar de andere kant van de autostrade over te steken; chauffeur die gewoon stopt en zich even parkeert in het midden van de weg om te sms'en... Gelukkig ging het er op de boerenbuiten een beetje rustiger aan toe (verlaten straten is iets wat we al lang niet meer gezien hadden).










Wat er nog in het oog springt: afval, overal langs de weg, sommigen lijken zelfs te sparen voor een eigen afvalberg in de achtertuin.










En dan nog een paar impressies: velden, serres, visvijvers, en een dorpje.





















donderdag 20 maart 2008

Aan tafel!

Eten is in China een sociale aangelegenheid. Je gaat niet gewoon aan tafel zitten, je gaat rond tafel zitten - wat het gezelliger maakt als je met een grote groep reist. Vervolgens wordt al het eten op een draaischijf in het midden van de tafel geplaatst en iedereen tast toe. In de echt sjieke restaurants draait die schijf zelfs zonder hulp, de oefening van het oprapen van een stuk champignon met twee stokjes wordt opeens des te spannender door de tijdsdruk.











Het eten zelf is ook een nieuwe belevenis. Sommige schotels laten weinig aan de verbeelding over. Andere vergen een beetje onderzoek vooraleer de ware aard van het beestje achterhaald kan worden ('t zal even zoeken zijn - die fotograaf is ontslagen - maar linksbovenaan op de rechterfoto bevindt zich een hint).











Dit houdt op het eerste zicht ook weinig goeds in (lijkt wel zo'n vis uit de Carrefour waar net iets te lang op gemept is voor hij wou ophouden met spartelen). Maar bij die vis hoort een pot en toen het brouwsel in die pot begon te koken, bleek het gewoon om de lokale versie van bouillabaise te gaan.











En dan hebben we het nog niet gehad over al die schotels waar enkel de durvers het fijne van te weten komen. En aangezien veel van de dingen die bij ons als afval de deur uit worden gesmeten (varkenspoten en -oren; viskoppen en -staarten, ...), in China een goede afzetmarkt kennen, ga je hier met een levendige fantasie wel eens hongerig naar bed (gelukkig is die van mij beperkt).



Schotel X: (a) Ossentong in Madeirasaus; (b) varkensnieren; (c) visfilet? Het juiste antwoord bleek (d) te zijn: paddestoelen








En hierover is nog steeds geen uitsluitsel: geen idee wat die oranje stekels zijn, daaronder zit een rode tomaatachtige pasta, daaronder iets wit, de meeste stemmen gingen naar een garnaal.


Om de tafel vol te maken, deze nog: tomatensoep onder een deksel (dat bij ons uiensoep zou kunnen verbergen misschien?), sandwiches waar een pikant kruidenmengsel ingaat, en slakjes (die al dan niet uit de zee gevist worden). Dat laatste heb ik aan me voorbij moeten laten glijden. Een mens moet uiteindelijk zijn grenzen kennen.




















Allemaal visjes

In Dongguan, een paar uur rijden van Hong Kong, bevindt zich de grootste markt voor geïmporteerde levende vis in China. We zijn de grens met het vasteland overgestoken om tot hier te geraken en vanaf nu trekken we onze ogen dus pas echt goed open.




Van op een afstand heeft het nog wel iets weg van de vrijdagmarkt in Leuven op een grijze dag. Maar dan net tikkeltje anders.



In dit kringetje wordt niet gepokerd, of met de dobbelstenen gegooid, onee, hier worden kwaliteits huhum -controles uitgevoerd. In het middelpunt van de belangstelling staat een berg garnalen die door geoefende ogen en handen geordend wordt in 'de nog levende die er goed genoeg uitzien om een mogelijke klant te bekoren', 'de nog levende die hun beste tijden gehad hebben' en 'de vertrappelde, misvormde, of belangrijke onderdelen missende'.











De markt wordt best omschreven als een aaneenrijging van aquariums:











De standhouders die zich geen glazen bakken kunnen permitteren, laten hun vissen in plastieken emmers rondzwemmen (voorzien van een buisje waar zuurstof uitkomt). Al lijkt niet alles te kunnen zwemmen. Bij nader inzien lijkt bijlange ook niet alles een vis te zijn. Maar wat dan wel? Mijn collega's noemen het een 'gooye duck'. Een vreemde eend in de bijt in elk geval.










Nog rare gasten op een vismarkt: schildpadden en krokodillen (of misschien alligators). Van die laatste hadden ze ook levende exemplaren, maar die wilden niet op de foto.










Een paar keer slikken en een vliegreis verder zitten we in Wuhan, meer bepaald in de plaatselijke Carrefour. Maar net zoals die vrijdagmarkt van dichtbij een heel ander verhaal vertelde, gebeuren ook hier vreemde dingen. Dat er levende kikkers te krijgen zijn, goed dat nemen we d'r nog wel bij (het is uiteindelijk een Franse keten). Maar dat je als klant je avondeten met een schepnetje moet bovenhalen, waarna een winkelbediende het leven uit de stakkers mept, de schubben er afraspt en de ingewanden eruit begint te halen, da's toch weer een beetje anders.

dinsdag 18 maart 2008

Iedereen beroemd!

Geen nieuws uit Nieuw-Zeeland deze keer. Net zoals in november houdt Lars het fort weer twee weken in zijn eentje recht, terwijl ik zelf de wereld en de zeven zeeën rondreis. Niet zonder grondige reden natuurlijk: een cursus die FAME heet - helaas niet zo genoemd omdat eerdere deelnemers de eeuwige roem ten dele is gekomen, noch omdat er gezongen (al maar goed hoor ik hier en daar iemand zuchten) en gedanst moet worden, maar eerder fantasieloos naar de inhoud van de cursus: Food and Agribusiness Market Experience. Het komt er op neer dat we na een week ondergedompeld te worden in de wereld die China heet, aangevuld met een week Japan, verondersteld worden een idee te vormen over hoe (Nieuw-Zeelandse) agro-voedingsbedrijven hun producten in deze markten geïntroduceerd kunnen krijgen. Op een week ... In China ...

Na een valse start (het toestel dat ons uit Nieuw- Zeeland zou vliegen was bij de laatste landing te hard op de tarmak gebotst waardoor er hier en daar een wieltje scheef stond en het voor een technische beurt aan de grond werd gehouden) was onze eerste stop in China, het niet zo heel Chinese Hong Kong (hoewel Hong Kong sinds 1997 aan China is overgedragen door de Britten, kan de lokale overheid zijn zaken nog steeds min of meer onafhankelijk regelen van Beijing). Wat meteen opvalt als je de luchthaven verlaat, is de grijze sluier die er hangt over alles op meer dan tien meter afstand. Is het mistig? Moeten de ramen van de bus eens gewassen worden? Achter deur drie schuilt het antwoord: vervuiling. Minstens een deel ervan passeert onverschrokken de grenscontroles en komt zomaar binnen gesijpeld vanuit het vasteland (zo wordt China hier genoemd).

Volgens onze gids is Hong Kong de grootste zeehaven ter wereld. Andere bronnen (ik heb het eens gegoogled) houden het op Rotterdam, of Singapore misschien, of recent zelfs Shanghai. Maar het kan natuurlijk ook gewoon zijn dat ze bij de laatste telling een paar duizend schepen kwijtgeraakt zijn in de mist, of een pier links of rechts vergeten zijn door de beperkte zichtbaarheid.





Een ander kenmerk van Hong Kong is de hoogbouw. Foto genomen vanop Victoria Peak, waar de lucht betrekkelijk beter is dan in het centrum van de stad. Ik zag zelfs een enkeling zijn operatiemasker afnemen om een teugje ongefilterde lucht tot zich te nemen.



Maar tussen al dat betonwerk loopt ook een wirwar van kleine steegjes:



Maar wat het meest van al in het oog springt, simpelweg omdat je er niet langs kan - of zij niet langs jou - zijn de miljoenen mensen op straat. En ergens zegt een klein stemmetje mij dat dit nog maar een voorproefje is want dat er in 'het echte' China ook veel mensen schijnen te wonen.

vrijdag 7 maart 2008

Eind februari

Vrijdag:
Volgens mijn geboorteakte ben ik ergens eind februari weer een jaar ouder geworden. Als verassing stelde Liesbeth voor om naar Hamner Springs te gaan. Hamner Springs is bekend voor zijn warmwaterbronnen en sulfur baden. We waren al van plan Hamner Springs te bezoeken, toen we de westkust waren gaan verkennen. Maar doordat we een extra dag hadden verloren met de walvistour, is dat bezoek er toen niet van gekomen.










Druilerige dag + leuke brug

Zaterdag:
Wij hadden ons bij Hamner Springs puur natuur voorgesteld. Het bleek echter een soort Center Parks te zijn. Maar als de zon zo schijnt, is een zwembad altijd wel een leuk ding om in de buurt te hebben.

Misschien was het water waarmee ze hun zwembaden en bubbelbaden en sulfurbaden en hun warme, nog warmere en hete baden vulden, wel van natuurlijke oorsprong. Dat konden we niet nagaan. Maar het geheel voelde kunstmatig aan. Mocht iemand van u ooit tot hier geraken, dan zou ik toch zeggen: "Overslaan, die handel !". Misschien dat wij hier in de winter nog eens terugkomen, want dan is Hamner Springs blijkbaar een skigebied. Samengevat: het was leuk, maar ook niet meer dan dat.

Zondag:
De terugreis naar Christchurch wordt aangevat onder een stralende zon.