Het World Buskers Festival is in de stad. Nu is het in Christchurch op eender welke doordeweekse dag al niet onwaarschijnlijk dat je een straatmuzikant tegen het lijf loopt of een clown je in je zakken laat tasten, maar een wereldfestival, daar gaat een mens al eens speciaal zijn deur voor uit. En we waren niet de enigen die het nieuws gehoord hadden.
Zoals het bij elk zich respecterend festival hoort, waren de artiesten op verschillende podia te bewonderen. Wij zochten ons een plekje in de schaduw bij het Vbase podium in Victoria Park en kwamen er de volgende rariteiten tegen. Abi Collins (een vreemde dame uit het verre Engeland) wilde ons graag laten geloven dat ze in een vorig leven een Russische circus-act was ( dewelke is ons nog steeds een raadsel). Ze moet een gat in de lucht gesprongen hebben bij de uitvinding van de Hoola-Hoop, eindelijk iets om haar hyperkinese mee in bedwang te houden. Een must bij straattheater is ook het betrekken van het publiek bij de show. Abi eigende zich snel een paar stoere binken toe uit het publiek die zonder problemen over zich heen lieten kruipen, en zich een beetje aanstelden tot groot jolijt van degenen die deze vernedering bespaard was gebleven. Het hoort er allemaal bij.
Na zoveel Britse gekte, keken we vol verwachting uit naar de Piano Juggler, iemand die toetsen aanslaat met behulp van jongleerballen (voor wie hem eens aan het werk wil zien: http://www.youtube.com/watch?v=MNjTceSGDeU). Leuk, maar spijtig dat hij meer jongleerde (nog zo'n klassieker in het straattheater) dan muziek maakte. Toen hij uitlegde hoe hij ooit op het idee gekomen is om piano te gaan spelen met balletjes, zei hij: 'een nieuw idee ontstaat dikwijls door twee oude dingen bij elkaar te gooien'. Denk daar maar eens over na. De volgende act op het podium waren de Blackstreet Boyz, twee zwarte Amerikanen die een goed staaltje breakdance lieten zien, en verder wat goede en mindergoede moppen afvuurden op het publiek. Wat we onthouden hebben, is dat we met alles moeten kunnen blijven lachen.
Verder waren er ook een aantal Japanse inzendingen (twee om precies te zijn en we hebben ze allebei meegemaakt: Senmaru en Ojarus). Twee dingen hadden ze gemeen, ze houden van hun outfitjes, en een parasol wordt gebruikt om ballen, poppen, theekopjes, zelfs theepotten op rond te draaien. Oja, en als er al mopjes verteld of uitgebeeld werden, waren ze flauw. Het zal het cultuurverschil zijn misschien.
Als laatste (onze lachspieren waren genoeg op de proef gesteld), liet een Australiër zien wat je zo nogal kan doen met een squashraket. Het concept is simpel, steek uw armen door de (onbesnaarde!) raket en trek deze dan over uw hoofd. Wring schouders erdoor, dan over de borsten (en hij had tepelpiercings!), over het bekken en je bent er. Wat is daar nu aan, zullen jullie denken, en zo ook wij natuurlijk dus om het spannend te houden, werkte hij zich in de omgekeerde richting ook nog eens door een tennisraket (en een WC-bril maar dat was er wat ons betreft een beetje over). Probeer dit maar niet thuis, kindertjes.
1 opmerking:
Dat is waar...Is Lars zo ook niet ontstaan door 2 oude dingen bij elkaar te gooien ?(om te lachen hé) ...Toch wat te zien in Christ Church. Groetjes,
Fred.
Een reactie posten